Een lange reisdag. De wekker gaat weer vroeg en om 05.00 uur zitten we, met nog iets wat kleine oogjes, keurig klaar om te vertrekken. Eerst worden we met een tuktuk naar een ander hostel gebracht om daar plaats te nemen in een minibusje. Deze zal ons via Champong Cham naar Ban Lung brengen. Een klein dorp in het noord oosten van Cambodja. We hebben lang getwijfeld of we hier wel of niet heen zullen gaan. Maar alleen twee grote toeristische steden bezoeken in Cambodja voelt toch een beetje karig. En Cambodja heeft nog zo veel meer aan natuur te bieden. Vandaar deze lange lange reis. Tegen 13.00 uur bereiken we Champong Cham waar we nagenoeg meteen aansluiting hebben op een grote bus naar Ban Lung. Na goed een uurtje wordt de weg een keer zo smal en wordt de snelheid met de helft verminderd. Om niet veel later nog eens snelheid te minderen. Het Afrika gevoel is terug. De verharde weg heeft plaatsgemaakt voor een stoffige rode zandweg vol hobbels en kuilen. En houten bruggetjes waarvan de plankjes nog narammelen nadat je er overheen gereden bent. Een uitgestrekte groene jungle aan beide kanten van de weg met af en toe een bamboe hutje of een klein dorpje. Overal zwaaiende kinderen langs de weg die, nadat wij gepasseerd zijn, erg veel zand naar binnen happen! Het is hier prachtig.
Tegen het donker aan bereiken we Ban Lung, eindelijk! Compleet gebroken springen we bij een paar motorrijders achterop die ons naar onze lodge brengen. Werkelijk een plaatje…!! Super mooie hutten gemaakt van hout en bamboe. Iedere hut heeft een eigen aanloop steiger en een prachtig uitzicht over de vallei met de jungle. In de gezamelijke bar zitten wat mensen, het ziet er super relax uit. We ploffen neer en bestellen meteen iets te eten. De rest van de avond komen we niet meer van onze plek af. Inmiddels hebben zich nog 4 Nederlanders en een Belg zich bij ons aan tafel gevoegd. Genoeg gespreksstof om deze dag af te sluiten.
Woensdag 25 mei:
Voor de zekerheid toch maar de wekker op 08.30 uur gezet. Maar goed ook, anders lagen we nu nog in bed, haha..
De koude douche is errug verfrissend en niet veel later zitten we voor ons hutje te genieten van deze unieke plek op aarde. Als we honger beginnen te krijgen is het toch tijd om op te staan en richting het restaurant te slenteren. Het is duidelijk, het wordt niet zo’n actieve dag.
Net voor de middag lopen we richting het dorp. Kijken of we een trekking kunnen regelen voor morgen. Helaas, de twee daagse trekking is geen optie. In de laatste twee maanden wordt er door de lokale bevolking erg veel jungle in brand gestoken om dit stuk land vervolgens te gebruiken voor landbouw. Hierdoor zijn hele stukken zwartgeblakerd. En ja, dan wordt het uitzicht er niet veel mooier op. Een drie daagse trekking is nog een optie, maar ook dan moeten we rekening houden met zwart geblakerde stukken. Hmmm, we twijfelen nog even maar besluiten dan (in het kader van onze planning) om alleen de dagtrip te doen. Geen actieve hiking dus. Balen, dat was toch de reden dat we deze uithoek zijn ingegaan.
Het is na twaalfen als we op ons gehuurde scootertje op weg zijn. Hier in de omgeving zijn drie watervallen en een kratermeer te zien. Volgens de Lonely Planet allen het bezoeken waard. Op pad, waterval nummer één: Droog..! Ja hoor, hebben wij weer. Geen druppel water te zien. we vonden het al vreemd dat er niemand in het tickethokje zat en dat de souvenirsshop uitgestorven was, dit verklaard veel. Waterval nummer twee: hier hebben we meer geluk. De hoeveelheid water is niet overweldigend maar er komt in ieder geval water naar beneden. Ook treffen we hier de anderen van gisteravond aan. We kletsen wat en gaan dan naar waterval nummer drie: Ook hier komt wat water naar beneden. Maar, we hebben betere gezien. Misschien moeten we overwegen een mailtje naar de LP te sturen dat aan het eind van het droog seizoen de watervallen de reis hierheen niet helemaal waard zijn.
Op naar het kratermeer. Oogverblindend mooi en tot in perfectie rond, met kraakhelder water en omringt met groene jungle! Hmmm, dat mailtje naar de LP gaat er zeker komen. Want zoveel lof komt dit meer, ons inziens, niet toe. Hij is aardig rond maar het water is bruin en de groene jungle is bezaaid met lege blikjes, zakdoekjes, plastic zakken en rondhangende, bier drinkende Cambodjanen. Zonde!
Na een uurtje hebben we het wel gezien en zijn de overheerlijke wafels die ze hier bakken verorberd. Tijd dus om terug te rijden naar het dorp.
Wat drinken, douchen, eten en bijkletsen met de overige mensen. Voor je het weet is het weer tijd om te gaan slapen.
Donderdag 26 mei:
Vandaag gaan we met z’n vijven en een gids op pad. Onze eerste stop is op een platgebrand stuk land. Na de nodige uitleg gaan we verder. Aangekomen bij de boot (een platte schuit die niet al te stabiel is) stappen we in en varen over de Tonle Sap rivier in een klein uurtje naar een traditioneel dorpje. Hier leeft nog een ‘stam’ volgens de oude tradities. Bij aankomst is het halve dorp aan de waterkant te vinden. Het is, zeg maar de badkamer, het toilet, de speelplaats, het zwembad en het washok tegelijk. Ook het drinkwater wordt hier vandaan naar het dorp gesleept. Eén groot openlucht spectakel. Prachtig. En dat hier niet de hele dag toeristen rondlopen is duidelijk merkbaar aan de kinderen. Ze kijken verlegen en duiken weg. Da’s weer eens een andere beleving dan de 3 jaar oude kinderen die in het engels jou vertellen dat ze arm zijn en geld nodig hebben. Hier zijn ze nog echt schattig met die bolle buikjes en die verlegen lach, wegkruipend achter de palen van de huizen.
We krijgen een rondleiding door het dorp en onze gids verteld alle ins en outs van de gebruiken. Het ene verhaal is nog lachwekkender dan het andere. Ze geloven hier in zoveel dingen, zijn errug spiritueel. En ze offeren regelmatig een buffel (die 700 dollar waard is!!) om alle kwaad zoals ziekte en de dood buiten te houden en voor het goede, bijvoorbeeld de oogst of voor regen. Heel bijzonder. Na het dorp lopen we naar en door de rijstvelden. Hier hebben veel families een tweede huis (hut) waar ze tijdens het rijstseizoen wonen. Het klinkt heel chic maar de mensen zijn hier echt straatarm. En sommigen hebben een verleden… We ontmoeten één man die verteld over de oorlog, Pol Pot, de landmijnen, de moorden. Waanzin, nu ligt hij onder zijn huis te relaxen in zijn hangmat. Bijna niet te bevatten wat voor een verleden deze goedlachse man heeft.
Terug in het dorp gaan we picknicken met rijst en thee.
Dan is het tijd om door de jungle langs de graven te lopen. Ook hier zitten weer de nodige gebruiken aan vast. Het eerste jaar wordt er maandelijks nog naar het graf omgekeken en worden rituelen uitgevoerd. Na één jaar laten ze het aan de natuur over. Er zijn dus graven totaal overwoekerd en er zijn nog wat restanten te zien van oudere graven. Deze zijn door het hoge water van twee jaar geleden grotendeels weggespoeld. Het zij zo.
Na deze indrukwekkende bezoeken is het tijd om met de boot terug te gaan. Op weg naar Ban Lung stoppen we nog bij een ander dorp. Je raadt het al, bijzondere gebruiken. Een voorbeeldje: Als een jongedame 17 jaar is wordt er een klein hutje naast het ouderlijk huis gebouwd. Hier slaapt zij ‘s nachts in. Mannen die langs rijden zien een klein hutje en ruiken hun kans schoon. Zij kunnen langgaan om te ontdekken of dit een potentieel huwelijk is. Jaja…
Genoeg info voor vandaag. Terug in het dorp brengt Ruud een bezoek aan de kapper. Net voor de regen zijn we terug bij de lodge. En da’s maar goed ook. De rest van de avond donderd het met bakken uit de hemel. Het mag duidelijk zijn, het regenseizoen is begonnen!
Als we later in onze hut liggen spookt het om ons heen. Gekletter op het dak, geritsel langs het hout en andere geluiden die we niet thuis kunnen brengen. Welkom in de jungle…stelletje helden! Na 15 controles vallen we toch in slaap!